Rechtbank Noord-Nederland oordeelt dat de heer X ook thans het bewijsvermoeden niet heeft ontzenuwd dat hij in de onderhavige jaren was gerechtigd tot de bankrekeningen bij KB Lux met een aanzienlijk totaalsaldo. X heeft zich namelijk vooral beperkt tot ontkenning.

Belanghebbende, de heer X, vervaardigt en verkoopt betonnen tuinbeelden. Naast winst uit onderneming heeft X in het verleden ook enkele jaren een aanvullende uitkering van de Sociale Dienst gehad. Volgens de inspecteur is X desondanks houder van diverse bankrekeningen bij KB Lux (geweest), waar in 1994 in totaal € 198.966 op stond. X is geïdentificeerd door middel van de (unieke) combinatie van zijn (voor)namen en die van zijn echtgenote. In geschil zijn de diverse IB-navorderingsaanslagen vanaf 2001 en de boetes (100% voor 2001 t/m 2003 en 300% voor 2011). Tegen eerdere navorderingsaanslagen en boetes is X in het verleden vergeefs in beroep gekomen (zie 04/00630). Voorts is in geschil of voor 2009 terecht een informatiebeschikking is genomen. X overlegt een brief van KB Lux uit 2013 waarin staat de bank documenten na 10 jaar kan vernietigen en dat de zoekopdrachten daarom niet worden uitgevoerd. Volgens de inspecteur wordt een dergelijke verklaring met vermelding van naam en rekeningnummer alleen verstrekt aan (oud) rekeninghouders, wat dus bevestigt dat X inderdaad rekeninghouder is (geweest) bij KB Lux.

Rechtbank Noord-Nederland oordeelt dat X ook thans het bewijsvermoeden niet heeft ontzenuwd dat hij in de onderhavige jaren was gerechtigd tot de bankrekeningen bij KB Lux. X heeft zich namelijk vooral beperkt tot ontkenning. De schattingen van de inspecteur zijn voorts redelijk, met dien verstande dat de aanslagen conform zijn uiteindelijke standpunt worden verminderd en dat de saldi voor 50% worden toegerekend aan X. Aangezien het bewijs is omgekeerd en verzwaard ten nadele van X worden de 100% boetes gematigd tot 80% en wordt de 300% boete gematigd tot 240%. Ambtshalve wordt geconstateerd dat de redelijke termijn is overschreden, zodat de boetes worden gematigd tot 64% (overschrijding meer dan twee jaar) en 228% (overschrijding twee maanden). De informatiebeschikking voor 2009 is terecht. Een aanzienlijk tegoed, zoals het onderhavige, pleegt namelijk niet zo maar uit het vermogen van een rekeninghouder te verdwijnen (vgl. HR 28 juni 2013, nr. 11/04152, V-N 2013/32.7). X moet de vragen van de inspecteur beantwoorden en aan de inlichtingenverzoeken voldoen.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden 6

Algemene wet inzake rijksbelastingen 67d

Algemene wet inzake rijksbelastingen 52a

Algemene wet inzake rijksbelastingen 47

Algemene wet inzake rijksbelastingen 27e

Algemene wet inzake rijksbelastingen 16

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting

Instantie: Rechtbank Noord-Nederland

Editie: 3 juli

5

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen