X is eigenaar van zeven garageboxen in de gemeente Veere. De boxen hebben een gezamenlijk dak. In enkele van de garageboxen is inwendig een afvoerpijp bevestigd voor de afvoer van hemelwater van het dak. In geschil is of de gemeente terecht zeven afzonderlijke aanslagen rioolheffing aan X heeft opgelegd.
Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat de gemeente zeven afzonderlijke aanslagen rioolheffing mag opleggen voor de garageboxen van X. De boxen zijn indirect aangesloten op de gemeentelijke riolering, hetgeen voldoende is voor het vaststellen van het belastbare feit (HR 27 maart 2015, nr. 14/04073, V-N 2015/20.1.7). Nu de garageboxen afzonderlijk (kunnen) worden verhuurd, zijn deze bestemd om als afzonderlijk geheel te worden gebruikt, waardoor op grond van art. 4 van de verordening voor elke garagebox een aanslag mag worden opgelegd. De aanslagen zijn conform de heffingsmaatstaf en het tarief van de verordening vastgesteld. Nu X in 2015 eigenaar is, zijn de aanslagen terecht aan hem opgelegd. Dat de aanslagen hoger uitkomen dan de aanslagen OZB, doet aan de rechtmatigheid van de rioolheffing niet af. De gemeente is verder niet verplicht om garageboxen vrij te stellen van rioolheffing. Dat bijgebouwen bij woningen niet zelfstandig in de rioolheffing worden betrokken, is ten slotte niet in strijd met het gelijkheidsbeginsel.
Wetsartikelen:
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Belastingen van lagere overheden
Instantie: Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Editie: 2 juni