Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt in hoger beroep dat de betalingen niet (mede) zien op het terugbetalen van eerder genoten voordelen die hun grond vinden in de dienstbetrekking of op een schadeloosstelling. De vordering van de ex-werkgever heeft namelijk uitsluitend betrekking op de onterechte financiering van privé-uitgaven. De Hoge Raad oordeelt dat de middelen of klachten niet tot cassatie kunnen leiden (art. 81 Wet RO).

Mevrouw X is directrice van een Nederlandse vestiging van een buitenlands bedrijf. Er ontstaat een arbeidsconflict als X wordt beschuldigd vanuit de zaak privékosten te hebben betaald. Om het geschil te beëindigen, wordt een vaststellingsovereenkomst gesloten. Hieruit volgt dat X € 150.000 aan het bedrijf moet terugbetalen. In haar IB-aangiften over 2012 en 2013 trekt X haar advocaatkosten en de terugbetaling van € 150.000 af als negatief resultaat uit overige werkzaamheden. In geschil zijn de IB-(navorderings)aanslagen over 2012 en 2013. Volgens Rechtbank Gelderland kan de terugbetaling slechts negatief loon zijn als de positieve inkomsten eerder in de belastingheffing zijn betrokken. X maakt dit laatste niet aannemelijk. Juridische kosten in verband met een arbeidsconflict zijn voorts niet aftrekbaar. X gaat in hoger beroep.

Hof Arnhem-Leeuwarden (V-N 2020/13.1.1) oordeelt dat de betalingen niet (mede) zien op het terugbetalen van eerder genoten voordelen die hun grond vinden in de dienstbetrekking of op een schadeloosstelling. De vordering van haar ex-werkgever heeft namelijk uitsluitend betrekking op de onterechte financiering van privé-uitgaven. Kosten ter verwerving van het loon, behoudens de reisaftrek, zijn niet aftrekbaar. Dit heeft ook te gelden voor de advocaatkosten. Het beroep van X is ongegrond.

De Hoge Raad oordeelt dat de middelen of klachten niet tot cassatie kunnen leiden (art. 81 Wet RO).

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet inzake rijksbelastingen 16

Wet inkomstenbelasting 2001 3.81

Wet inkomstenbelasting 2001 3.90

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Loonbelasting

Instantie: Hoge Raad

Editie: 9 juni

14

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen