X geniet in de jaren 2000 - 2004 negatief inkomen uit werk en woning (2000: -/- € 45.399, 2001: -/- € 19.021, 2002: -/- € 26.302, 2003: -/- € 515.941 en 2004: -/- € 1.762). Een beschikking IB/PVV 2007 van 16 december 2015 vermeldt een nog te verrekenen verlies van € 553.890. Naar aanleiding van de IB-aanslag 2015, met een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 39.446, stelt X dat hij dat inkomen kan verrekenen met zijn verliezen.
Hof Amsterdam is het met de inspecteur eens dat de verliezen van X zijn verdampt. Volgens het hof konden de overgebleven verrekenbare verliezen uit 2003 (€ 515.941) en 2004 (€ 1.762) nog tot en met het jaar 2012 respectievelijk het jaar 2013 worden verrekend met positief inkomen uit werk en woning. Deze verliezen kunnen dus niet worden verrekend met het inkomen uit 2015. Het hof merkt hierbij op dat de beschikking IB/PVV 2007 van 16 december 2015 een verliesverrekeningsbeschikking is en niet een verliesvaststellingsbeschikking. Het gelijk is aan de inspecteur.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 3.153
Wet inkomstenbelasting 2001 3.151
Wet inkomstenbelasting 2001 3.150