X oefent zijn werkzaamheden als plastisch chirurg uit via zijn bv’s. Bij de afwikkeling van de VPB-aangiften van de bv’s, constateert de inspecteur dat X een aanzienlijke schuld heeft, en legt een IB-navorderingsaanslag 2010 op aan X. De inspecteur neemt daarbij een belaste winstuitdeling van € 800.000 in aanmerking.
Rechtbank Gelderland oordeelt dat de inspecteur terecht een winstuitdeling van € 800.000 in aanmerking heeft genomen. De rechtbank acht daarbij van belang dat het saldo van de rekening-courant ten tijde van het indienen van de IB-aangifte 2010 met € 220.000 is gestegen tot € 800.000, en dat X geen reële zekerheid kan bieden. Volgens de rechtbank is dan ook aannemelijk dat in 2010 een situatie is ontstaan waarin de schuld van X aan de bv’s niet zal worden afgelost. Ook wijst de rechtbank er nog op dat de schuld medio 2015 is opgelopen naar € 3,6 mln. Het gelijk is aan de inspecteur.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 4.13
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Inkomstenbelasting
Instantie: Rechtbank Gelderland
Editie: 7 februari