Rechtbank Noord-Holland oordeelt dat de heffingsambtenaar bij de WOZ-waardering onvoldoende rekening heeft gehouden met de ingrijpende aanpassingen aan de woning vanwege rolstoelgebruik.

X is eigenaar van een hoekwoning uit 1971 met een aanbouw uit 2002 en een berging/schuur. De woning is aangepast voor rolstoelgebruik. In geschil is de WOZ-waarde van de woning.

Rechtbank Noord-Holland oordeelt dat de heffingsambtenaar bij de WOZ-waardering onvoldoende rekening heeft gehouden met de ingrijpende aanpassingen aan de woning vanwege rolstoelgebruik. Bij de woning is een aanbouw gebouwd die nagenoeg geheel wordt gebruikt voor een lift. Zonder ingrijpende aanpassingen kan deze ruimte niet als een gewone aanbouw worden gebruikt. De heffingsambtenaar heeft aan de aanbouw niettemin een waarde van € 47.700 toegekend en de rechtbank acht dit te hoog. De rest van de woning is ook aangepast vanwege het rolstoelgebruik van X maar hiermee heeft de heffingsambtenaar wel voldoende rekening gehouden. De rechtbank verlaagt de WOZ-waarde met € 36.000.

[Bron Uitspraak]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Waardering onroerende zaken

Instantie: Rechtbank Noord-Holland

Editie: 14 augustus

20

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen