De aandelen van belanghebbende, X bv, zijn in handen van Y. X bv houdt de helft van de aandelen in Z bv. Z bv exploiteert een coffeeshop. X bv brengt in haar VPB-aangifte de kosten van jachtpartijen in aftrek. Y, een verwoed jager, organiseert de jachtpartijen of neemt er aan deel. De inspecteur corrigeert de aftrek van de kosten van de jachtpartijen. Rechtbank Den Haag oordeelt dat X bv niet aannemelijk maakt dat er sprake is van zakelijke kosten. De rechtbank merkt daarbij op dat het op de weg van X bv ligt om aannemelijk te maken dat er sprake is van zakelijke uitgaven. Nu X bv, gezien de aard van de branche waarin zij werkzaam is, geen nadere informatie wil verstrekken over de zakenrelaties, voldoet zij niet aan de op haar rustende bewijslast. De aanslag blijft in stand.
Hof Den Haag oordeelt dat X bv niet bewijst dat de uitgaven zijn gedaan met het oog op de zakelijke belangen van haar onderneming. De blote stelling dat deze uitgaven betrekking hebben op jachtpartijen met leveranciers van Z bv, is daartoe volgens het hof onvoldoende. Dat X bv geen openheid van zaken wil geven over de deelnemers aan de jachtpartijen, komt voor haar rekening en risico. Het hof vernietigt nog wel de boete. De grondslag voor een boete wordt namelijk bepaald door het bedrag aan belasting dat op grond van de aanslag is verschuldigd. Nu er sprake is van een aanslag met een negatief belastbaar bedrag, is geen belasting verschuldigd, en kan volgens het hof ook geen boete worden opgelegd. Het hof bevestigt de uitspraak van de rechtbank.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 3.25
Wet op de vennootschapsbelasting 1969 8
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Inkomstenbelasting, Vennootschapsbelasting
Instantie: Hof Den Haag
Editie: 8 oktober