Aan X is naar aanleiding van en overeenkomstig de aangifte ib/pvv 2015 een derde voorlopige aanslag inkomensafhankelijke bijdrage Zvw opgelegd. Daarbij is aan belastingrente € 56 berekend. X komt uiteindelijk in hoger beroep tegen de belastingrentebeschikking. Volgens X is er sprake geweest van een computerstoring bij de Belastingdienst. Daardoor is een tweede voorlopige aanslag van nihil ambtshalve opgelegd. Gevolg is dat hij het op de eerste voorlopige aanslag betaalde bedrag aan inkomensafhankelijke bijdrage Zvw ten onrechte heeft teruggekregen. Dat deze inkomensafhankelijke bijdrage Zvw via de derde voorlopige aanslag alsnog wordt geheven is voor rekening van de inspecteur.
Volgens Hof Arnhem-Leeuwarden is het niet aannemelijk dat X zelf heeft verzocht om een nadere (tweede) voorlopige aanslag inkomensafhankelijke bijdrage Zvw van nihil. De inspecteur heeft deze ambtshalve opgelegd. Daarbij kan in het midden blijven of sprake is geweest van een fout in het geautomatiseerde systeem van de Belastingdienst. Het is in strijd met het zorgvuldigheidsbeginsel om belastingrente in rekening te brengen bij het opleggen van een voorlopige aanslag, waarbij een eerdere fout, die voor risico van de inspecteur komt, wordt hersteld. Het hoger beroep van X is gegrond.
Wetsartikelen:
Algemene wet inzake rijksbelastingen 30f
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Bronbelasting, Inkomstenbelasting
Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden
Editie: 14 november