Hof Amsterdam oordeelt dat terecht overdrachtsbelasting is voldaan, ook al is X een ANBI. Volgens het hof is namelijk niet voldaan aan de voorwaarden van de Kwijtscheldingsresolutie overdrachtsbelasting.

 

Belanghebbende, stichting X, is een toegelaten instelling in de zin van art. 70 Woningwet. De activiteiten van X bestaan voor meer dan 50% uit de verhuur van sociale huurwoningen. Daarnaast is zij betrokken bij stedelijke vernieuwingsprojecten en verricht zij commerciële activiteiten. In de loop van 2005 neemt X voor € 43 mln vastgoed over van woningstichting F. X voldoet ruim € 2,5 mln aan overdrachtsbelasting. X stelt dat zij recht heeft op toepassing van de Kwijtscheldingsresolutie van 27 december 1988, nr. IB88/1084. Hof Leeuwarden oordeelt dat de Kwijtscheldingsresolutie niet van toepassing is, omdat X niet kan worden aangemerkt als een ANBI. De Hoge Raad oordeelt dat X is aan te merken als een ANBI als bedoeld in de Kwijtscheldingsresolutie. De Hoge Raad vernietigt de uitspraak van het hof en verwijst de zaak naar Hof Amsterdam.

Hof Amsterdam oordeelt dat er geen reden is om af te wijken van de voorwaarde zoals opgenomen in de Kwijtscheldingsresolutie dat in het algemeen belang geen koopsom mag zijn bedongen. X is de overdrachtsbelasting derhalve verschuldigd. Volgens het hof wordt namelijk niet voldaan aan de voorwaarde dat commerciële voorwaarden geen rol mogen spelen. Het hof wijst er in dit verband op dat F een koopsom van € 43 mln voor de onroerende zaken heeft bedongen. Nu X niet aannemelijk heeft gemaakt dat de koopsom lager was dan de historische kostprijs, verminderd met afschrijvingen, honoreert het hof het beroep van X op de Kwijtscheldingsresolutie niet.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet op belastingen van rechtsverkeer 15

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting, Belastingen van rechtsverkeer

Instantie: Hof Amsterdam

Editie: 2 november

10

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen