Het Besluit Bestuurlijke Boeten Belastingdienst (BBBB) is gewijzigd. De wijzigingen zijn aangebracht naar aanleiding van het arrest van de Hoge Raad van 24 september 2021, nr. 19/01550, V-N 2021/40.16.

In § 24 van het besluit is opgenomen wanneer een boete achterwege blijft door toevoeging van een zesde en zevende lid. Uit het arrest (V-N 2021/40.16) volgt namelijk dat een verklaring die belanghebbende ter nakoming van een wettelijke mededelingsplicht en onder bedreiging van een boete (zoals art. 10a AWR) heeft verstrekt, moet worden beschouwd als wilsafhankelijk materiaal en daarom niet mag worden gebruikt als grondslag voor een boete.

Als gevolg hiervan leidt een suppletie of correctiebericht in veel gevallen niet meer tot een betalingsverzuimboete als bedoeld in art. 67c AWR. Uit het oogpunt van uniformiteit geldt dit ook voor aangiftebelastingen die geen mededelingsplicht hebben. Hierdoor wordt § 24a BBBB geschrapt.

Ook is in § 28 opgenomen dat § 24 van overeenkomstige toepassing is. Hiermee wordt, naar aanleiding van het arrest, tot uitdrukking gebracht dat ook deze (vergrijp)boete niet wordt gebaseerd op een verklaring die belanghebbende ter nakoming van een wettelijke mededelingsplicht en onder bedreiging van een boete heeft verstrekt.

Het besluit treedt in werking met ingang van 2 juni 2023. De gewijzigde beleidsregels kunnen ook worden toegepast op beboetbare feiten die daarvoor zijn begaan, mits ter zake daarvan nog geen boete is opgelegd of de boetebeschikking nog niet onherroepelijk vaststaat.

Wetsartikelen:

Algemene wet inzake rijksbelastingen 10a

Algemene wet inzake rijksbelastingen 67f

Algemene wet inzake rijksbelastingen 67c

[Nieuwsbron]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht

Regelgevende instantie: Ministerie van Financiën

Editie: 5 juni

Focus: Focus

Carrousel: Carrousel

125

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen