Rechtbank Oost-Brabant oordeelt dat de gecorrigeerde vervangingswaarde van een (gedeelte van een) schoolgebouw dat in gebruik is als kinderdagverblijf niet wordt beïnvloed door de bezettingsgraad in de kinderdagverblijfbranche.

X huurt van de gemeente een gedeelte van een schoolgebouw. Zij gebruikt dit voor een kinderdagverblijf en buitenschoolse opvang. In geschil is de WOZ-waarde 2015.

Rechtbank Oost-Brabant oordeelt dat de gecorrigeerde vervangingswaarde van een (gedeelte van een) schoolgebouw dat in gebruik is als kinderdagverblijf niet wordt beïnvloed door de bezettingsgraad in de kinderdagverblijfbranche. Bij de functionele afschrijving moet worden uitgegaan van de waarde die de onroerende zaak voor de eigenaar heeft. In dit geval is dat de gemeente en betreft het een (gedeelte van een) schoolgebouw. Dat X het object feitelijk in gebruik heeft als kinderdagverblijf/buitenschoolse opvang, is voor de functionele afschrijving niet van belang. Reeds daarom is de bezettingsgraad in de kinderdagverblijfbranche in dit kader niet relevant. De rechtbank onderschrijft verder de door X niet bestreden stelling van de heffingsambtenaar dat voor schoolgebouwen geen objectieve gegevens beschikbaar zijn over wat een gemiddelde of normale bezettingsgraad is, omdat dit voor dergelijke gebouwen niet relevant is. De gemeente heeft verder de gecorrigeerde vervangingswaarde terecht inclusief btw bepaald. Het beroep van X is ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet waardering onroerende zaken 17

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Waardering onroerende zaken

Instantie: Rechtbank Oost-Brabant

Editie: 16 maart

4

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen