Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt in hoger beroep dat de heer X niet aannemelijk maakt dat hij in totaal 18.357 km met zijn 3 auto's heeft gereden. Bij de aanslagregeling ging X namelijk nog uit van een gemiddeld benzineverbruik van 1 liter op 16 km. De Hoge Raad oordeelt dat de middelen of klachten niet tot cassatie kunnen leiden (art. 81 Wet RO).
De heer X is invalide en beschikt in 2014 achtereenvolgens over een Ford Focus C-max, een Ford Fiësta en een Nissan Quashqai. De totale brandstofkosten zijn in 2014 € 1038. Volgens X heeft hij een zuinige rijstijl en zou hij met 1 liter benzine gemiddeld 26 km rijden. In geschil is of de inspecteur terecht € 5295 als extra vervoerskosten heeft geaccepteerd. Rechtbank Gelderland stelt de inspecteur in het gelijk. In hoger beroep berekent X de aftrek op € 7021, zijnde 18.357 km minus de 5110 norm-km's die hij zonder invaliditeit zou hebben gereden x € 0,53 (kosten per km).
Hof Arnhem-Leeuwarden (V-N 2019/12.1.4) oordeelt dat X niet aannemelijk maakt dat hij in totaal 18.357 km met zijn 3 auto's heeft gereden. Bij de aanslagregeling ging X namelijk nog uit van een gemiddeld benzineverbruik van 1 liter op 16 km. De berekening van X klopt ook niet als wordt gekeken naar de aankoop- en inruilgegevens van de Ford Fiësta. Hieruit blijkt dat met die auto 1191 km is gereden, waar X uitkomt op 1590 km. Het maakt niet uit dat de inspecteur de berekening van X met betrekking tot de norm-km's van 5110 in 2015 wel heeft gevolgd. De inspecteur heeft de norm-km's voor 2014 terecht op 8000 gesteld. Het beroep van X is ongegrond.
De Hoge Raad oordeelt dat de middelen of klachten niet tot cassatie kunnen leiden (art. 81 Wet RO).
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 6.17