Belanghebbende, X, is eigenaar en gebruiker van de onroerende zaak, waarvan de waarde per waardepeildatum per 1 januari 2016 is vastgesteld op € 277.000. In geschil is of er terecht een aanslag OZB 2016 eigenaren tegen het niet-woning tarief is opgelegd en of terecht een aanslag OZB 2016 gebruikers is opgelegd. Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de heffingsambtenaar niet voldoende aannemelijk maakt dat de onroerende zaak niet in hoofdzaak tot woning dient. Op de begane grond van de onroerende zaak was een eenmanszaak gevestigd. Blijkens een uittreksel van de Kamer van Koophandel is deze eenmanszaak op 31 december 2014 gestaakt. Bij de beoordeling of de begane grond tot woning dient dan wel dienstbaar is aan woondoeleinden heeft het hof in aanmerking genomen dat de begane grond aan de buitenkant eruit ziet als een winkel maar dat X aannemelijk heeft gemaakt dat deze niet als zodanig wordt gebruikt. Het hoger beroep is gegrond.
Wetsartikelen:
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Belastingen van lagere overheden, Waardering onroerende zaken
Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden
Editie: 21 mei