De Staatssecretaris van Financiën keurt goed dat als de ondernemer overlijdt en daardoor op dat tijdstip zijn onderneming staakt en als gevolg daarvan in dat jaar niet voldoet aan het urencriterium, de niet gerealiseerde zelfstandigenaftrek alsnog in mindering komt op de winst die behaald is met of bij het staken van de gehele onderneming. De goedkeuring geldt niet voor de jaarwinst die genoten is in het jaar van staken. Verder is verrekening van de niet gerealiseerde zelfstandigenaftrek slechts mogelijk voor zover de winst met of bij de staking toereikend is. Indien de stakingswinst gedeeltelijk is omgezet in een lijfrente dient die lijfrente, ter bepaling van de toereikendheid van de stakingswinst, gesaldeerd te worden met de stakingswinst. Zie ook het thema Stakingswinst.
Deze goedkeuring betreft uitsluitend de niet gerealiseerde zelfstandigenaftrek. Als er door het overlijden niet aan het urencriterium is voldaan, bestaat er namelijk geen recht op de zelfstandigenaftrek van dat jaar.
Het besluit werkt terug tot en met 1 januari 2011.
NB: Deze goedkeuring herstelt de ongewenste gevolgen van bijvoorbeeld Rechtbank Zeeland-West-Brabant 10 september 2015, nr. AWB 14/4007, V-N 2016/5.14.
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Inkomstenbelasting
Regelgevende instantie: Ministerie van Financiën
Editie: 22 januari