Rechtbank Noord-Nederland oordeelt dat het grote kantoorpand voor de vestiging van rijksdiensten voor de Wet WOZ aangemerkt moet worden als een in de commerciële sfeer gebezigde courante onroerende zaak. De gecorrigeerde vervangingswaarde kan dan niet hoger zijn dan de WEV.

Belanghebbende, X, is eigenaar van een groot kantoorgebouw in de gemeente Groningen. De WOZ-waarde 2013 is door de gemeente vastgesteld op € 96.629.000. In beroep overlegt de heffingsambtenaar ter onderbouwing van de waarde een taxatierapport waarin de gecorrigeerde vervangingswaarde (GVW) van het object wordt berekend op € 111.856.000. X berekent de waarde op € 55.430.000, uitgaande van de waarde in het economische verkeer (WEV) van het kantoor en de GVW voor de in aanbouw zijnde parkeergarage en fietsenstalling.

Rechtbank Noord-Nederland oordeelt dat het grote kantoorpand voor de vestiging van rijksdiensten voor de Wet WOZ aangemerkt moet worden als een in de commerciële sfeer gebezigde courante onroerende zaak. Er is sprake van een pand met kantoorfunctie waarbij tijdens de bouw al rekening is gehouden met toekomstige flexibele gebruiksmogelijkheden. De aard noch de inrichting van het pand is specifiek toegespitst op de huidige eigenaar. De omvang maakt het pand nog niet incourant. Nu er sprake is van een courant pand dat in de commerciële sfeer wordt gebezigd, kan de GVW niet hoger zijn dan de WEV (HR 31 mei 1995, nr. 29.224, BNB 1995/228). Voor de in aanbouw zijnde parkeergarage en fietsenstalling geldt wel de GVW. De rechtbank stelt de WOZ-waarde van het geheel in goede justitie vast op € 80.000.000.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet waardering onroerende zaken 17

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Waardering onroerende zaken

Instantie: Rechtbank Noord-Nederland

Editie: 12 mei

3

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen