Rechtbank Noord-Nederland oordeelt dat X aannemelijk maakt dat zij in 2013 ten minste 1225 uren aan de onderneming heeft besteed. X heeft echter geen recht op de S&O-aftrek, aangezien X niet aannemelijk maakt dat zij 500 uren aan S&O-werk heeft besteed.

X ontwikkelt en produceert, samen met haar twee medevennoten, innovatief snoepgoed. In geschil is of X voldoet aan het urencriterium, en of X recht heeft op de research- en developmentaftrek.

Rechtbank Noord-Nederland oordeelt dat X aannemelijk maakt dat zij in 2013 ten minste 1225 uren aan de onderneming heeft besteed. Volgens de rechtbank is niet van belang hoeveel uren X nou precies voor de onderneming heeft gewerkt. Ook acht de rechtbank niet van belang dat er slechts een omzet van € 7862 is gerealiseerd, aangezien er sprake is van een onderneming in de opstartfase. Verder acht de rechtbank ook niet van belang dat er verschil bestaat tussen de urenstaat en de agenda, aangezien dit over geheel 2013 slechts 8,5 uren zijn. X heeft volgens de rechtbank geen recht op de S&O-aftrek, aangezien zij niet aannemelijk maakt dat zij 500 uren aan S&O-werk heeft besteed. De rechtbank overweegt daarbij dat de door X overgelegde specificatie van de verrichte S&O-werkzaamheden voor 446 uren zien op ‘Research/testen (+ intern overleg’), maar dat er geen detailgegevens zijn die zien op de exacte aard van de verrichte werkzaamheden. X maakt volgens de rechtbank dan onvoldoende aannemelijk dat het steeds gaat om S&O-werk.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet inkomstenbelasting 2001 3.77

Wet inkomstenbelasting 2001 3.52a

Wet inkomstenbelasting 2001 3.6

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Inkomstenbelasting

Instantie: Rechtbank Noord-Nederland

Editie: 28 juni

Carrousel: Carrousel

8

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen