Hof Arnhem-Leeuwarden beslist dat de handwerkactiviteiten van X geen bron van inkomen vormen. Er is geen objectieve voordeelsverwachting. Ook heeft X geen recht op aftrek voor specifieke zorgkosten vanwege een zorgovereenkomst met haar echtgenoot. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet-ontvankelijk omdat de aangevoerde klachten geen behandeling in cassatie rechtvaardigen (art. 80a Wet RO).

X behaalt al jarenlang een negatief resultaat met handwerkactiviteiten. X is chronisch ziek en heeft een persoonsgebonden budget (PGB) voor 1,9 uur zorg per week. Zij heeft met haar echtgenoot een zorgovereenkomst gesloten voor de verlening van 14 uren zorg per week omdat 1,9 uur niet toereikend is. In hoger beroep is in geschil of de handwerkactiviteiten van X in de jaren 2010 tot en met 2012 een bron van inkomen vormen en of X recht heeft op aftrek van uitgaven voor specifieke zorgkosten. X wil het verschil tussen de jaarvergoeding die zij aan haar echtgenoot voor zorg verschuldigd is en het aan haar toegekende PGB in aftrek brengen.

Volgens Hof Arnhem-Leeuwarden (MK III, 19 december 2017, 16/01342 t/m 16/01344, V-N Vandaag 2018/29) vormen de handwerkactiviteiten geen bron van inkomen omdat objectief gezien daaruit geen voordeel kan worden verwacht. Het negatieve resultaat uit deze activiteiten is niet aftrekbaar. Verder heeft X niet aannemelijk gemaakt dat zij in de in geschil zijnde jaren meer zorg nodig had dan door het CIZ was geïndiceerd. Dan kan niet worden gezegd dat er uitgaven vanwege ziekte of invaliditeit zijn gedaan. Bovendien is niet aannemelijk geworden dat de werkzaamheden van de echtgenoot uitgaan boven de gebruikelijke wederzijdse bijstand die van echtgenoten mag worden verwacht. De kosten zijn niet aftrekbaar. Het hoger beroep is ongegrond.

De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet-ontvankelijk omdat de aangevoerde klachten geen behandeling in cassatie rechtvaardigen (art. 80a Wet RO).

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet inkomstenbelasting 2001 6.17

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Inkomstenbelasting

Instantie: Hoge Raad

Editie: 26 oktober

3

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen