Rechtbank Zeeland-West-Brabant bepaalt dat de in 2015 juridisch geleverde woning in 2016 niet kan worden aangemerkt als een eigen woning.

X, woonachtig in België, heeft per 1 oktober 2015 samen met zijn echtgenote een woning gekocht in Nederland. Per die datum is de woning juridisch geleverd aan X. Tot 31 augustus 2016 wonen de oude bewoners nog in de woning. Op 31 augustus 2016 wordt de woning feitelijk geleverd. X is van mening dat de woning voor het jaar 2016 kwalificeert als een eigen woning en onderdeel uitmaakt van het inkomen uit werk en woning. De inspecteur stelt dat de woning niet kwalificeert als een eigen woning en derhalve onderdeel is van de grondslag voor het inkomen uit sparen en beleggen.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant bepaalt dat de woning niet kan worden aangemerkt als een eigen woning. De woning heeft tot 31 augustus 2016 niet ter beschikking gestaan aan X ter bewoning, omdat de oude bewoners tot die datum in de woning verbleven. Dat X vanaf de juridische levering de intentie heeft gehad om zelf in de woning te gaan wonen, doet daaraan niet af.

Lees ook het thema Eigenwoningregeling

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet inkomstenbelasting 2001 3.111

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Inkomstenbelasting

Instantie: Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Editie: 11 juni

11

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen