Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat X niet de intentie had om de wet- en regelgeving te overtreden, zodat de MRB-verzuimboete mede vanwege zijn financiële omstandigheden wordt gematigd tot € 250.

X is houder van een camper met geschorst kenteken. Op 9 juli 2021 is de camper vanaf de stalling naar zijn huis gereden. Op 12 juli 2021 is deze vervolgens voor reparatie en een APK naar een garage gebracht, op 13 juli 2021 goedgekeurd en op 14 juli 2021 weer opgehaald. Bij de eerste rit is de camper geflitst door een camera. In geschil de MRB-naheffingsaanslag over 27 september 2020 tot en met 3 september 2021, alsmede de 100% verzuimboete van € 1634.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat X niet de intentie had om de wet- en regelgeving te overtreden, zodat de boete mede vanwege zijn financiële omstandigheden wordt gematigd tot € 250. X heeft namelijk vooraf overleg met de RDW gehad of de camper in verband met de APK op de weg mocht zijn. Er is toen echter niet ter sprake gekomen dat dit alleen mag op de dag van de APK zelf. Het beroep van X is deels gegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Uitvoeringsbesluit motorrijtuigenbelasting 1994 22

Wet op de motorrijtuigenbelasting 1994 72

Algemene wet inzake rijksbelastingen 67c

Wet op de motorrijtuigenbelasting 1994 37

Wet op de motorrijtuigenbelasting 1994 35

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Belastingheffing van motorrijtuigen, Fiscaal bestuurs(proces)recht

Instantie: Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Editie: 5 juli

21

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen