Belanghebbenden zijn eigenaren van een agrarische onroerende zaak waarvan de WOZ-waarde 2012 is vastgesteld op een bedrag van € 1.402.000. Rechtbank Limburg verlaagt de WOZ-waarde naar € 1.135.000, maar belanghebbenden vinden deze verlaging te gering en stellen hoger beroep in.
Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat geen van de partijen op de juiste manier rekening heeft gehouden met het waardedrukkende effect van de aanwezigheid van asbest bij de onroerende zaak van belanghebbenden. De waardedrukkende invloed van de aanwezigheid van asbest dient te worden gesteld op het bedrag, dat op de peildatum door de veronderstelde koper zou worden gereserveerd voor de toekomstige verwijdering, derhalve op de contante waarde van de te verwachte kosten (zie ook Hoge Raad 21 december 2001, nr. 36.314, V-N 2002/7.12). Daartoe behoort naar het oordeel van het Hof ook de contante waarde van de kosten van de vervanging van de oude golfplaten door nieuwe. De stelling van de heffingsambtenaar, dat slechts met de kosten van verwijdering rekening dient te worden gehouden en niet met de kosten van herstel, kan niet als juist worden aanvaard. Het hof besluit de WOZ-waarde in goede justitie vast te stellen op € 950.000.
Wetsartikelen:
Wet waardering onroerende zaken 17
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Waardering onroerende zaken
Instantie: Hof 's-Hertogenbosch
Editie: 1 april