Rechtbank Den Haag oordeelt dat een procedure over € 17 invorderingskosten moet worden beschouwd als een procedure met een zeer gering financieel belang.

X komt in bezwaar en beroep tegen een bedrag van € 17 aan invorderingsrente.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat een procedure over € 17 invorderingskosten moet worden beschouwd als een procedure met een zeer gering financieel belang. Ondanks overschrijding van de redelijke termijn heeft X daarom geen recht op een ISV. De Hoge Raad heeft in zijn arrest van 24 februari 2017, ECLI:NL:HR:2017:293, V-N 2017/12.8 de grens gesteld op € 15. Omdat dit arrest bijna zes jaar oud is, is de rechtbank van oordeel dat inmiddels een financieel belang van € 17 ook als een zeer gering financieel belang moet worden beschouwd. Inhoudelijk verklaart de rechtbank het beroep van X ongegrond. Het uitstel van betaling gedurende de bezwaarfase is op grond van de Leidraad invordering van rechtswege komen te vervallen. Nu X geen verzoek bij de ontvanger heeft gedaan in beroep, had hij de aanslag moeten betalen. De invorderingskosten zijn terecht in rekening gebracht.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden 6

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht

Instantie: Rechtbank Den Haag

Editie: 4 april

24

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen