Hof Den Haag oordeelt dat X niet aannemelijk maakt dat sprake is van een restant persoonsgebonden aftrek. De inspecteur heeft de aftrek daarom terecht geweigerd.

X neemt bij zijn aangifte IB/PVV 2018 een restant persoonsgebonden aftrek van € 16.500 in aanmerking. De inspecteur weigert bij de definitieve aanslag het restant persoonsgebonden aftrek. In geschil is of X recht heeft op een restant persoonsgebonden aftrek en of de hoorplicht is geschonden.

Hof Den Haag oordeelt dat X niet aannemelijk maakt dat sprake is van een restant persoonsgebonden aftrek. De inspecteur heeft het bedrag van € 16.500 terecht niet in aftrek genomen. De hoorplicht is niet geschonden, X weigerde zelf – zonder opgaaf van redenen – de digitale hoormogelijkheden die de inspecteur hem vanwege COVID-19 aanbood. De inspecteur heeft X voldoende gewezen op het recht op inzage. Het hoger beroep is ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet inkomstenbelasting 2001 6.2a

Besluit Fiscaal Bestuursrecht 9

Algemene wet bestuursrecht 7:4

Algemene wet bestuursrecht 7:2

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Inkomstenbelasting, Belastingrecht algemeen, Fiscaal bestuurs(proces)recht

Instantie: Hof Den Haag

Editie: 29 mei

31

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen