Belanghebbende, Scientology Kerk Amsterdam (SKA), dient een aanvraag in om als ANBI te worden aangemerkt. De inspecteur is van mening dat SKA niet voldoet aan een of meer voorwaarden voor aanmerking als ANBI, en wijst het verzoek af. Rechtbank Haarlem oordeelt dat de activiteiten van SKA, auditing en training, niet per definitie als algemeen nut beogend moeten worden aangemerkt. Hof Amsterdam oordeelt dat SKA uitsluitend kerkelijke activiteiten verricht en dat zij een ANBI is. Volgens het hof zijn de betalingen die SKA voor haar activiteiten ontvangt de belangrijkste bron van inkomen voor haar en zijn ze vergelijkbaar met betalingen die leden van andere kerken doen. Het hof merkt SKA met ingang van 1 januari 2008 aan als ANBI. De Hoge Raad oordeelt dat het hof in zijn uitspraak geen beslissing heeft gegeven over de vraag of met het totaal van de werkzaamheden van SKA het algemeen belang minstens in gelijke mate wordt gediend als particuliere belangen. Verder wijst de Hoge Raad er op dat van belang is of er, ten aanzien van auditing en training, sprake is van commerciële tarieven, en dat het hof zich daar niet over heeft uitgelaten. Tenslotte merkt de Hoge Raad nog op dat de door het hof genoemde omstandigheden niet uitsluiten dat de tariefstelling voor de door SKA verrichte diensten commercieel is. De Hoge Raad verwijst de zaak naar Hof Den Haag. Hof Den Haag oordeelt dat SKA niet aantoont dat zij voldoet aan de voorwaarden om als ANBI te kunnen worden aangemerkt. Het hof overweegt daarbij dat SKA weliswaar is aan te merken als een kerkelijke of levensbeschouwelijke instelling en dat de verzorging door SKA van auditing en training een onderdeel vormt van de religieuze beleving en een middel is om het geloof dat SKA aanhangt te verspreiden. Volgens het hof kan dit echter niet zonder meer tot de gevolgtrekking leiden dat de daarmee samenhangende werkzaamheden rechtstreeks erop gericht zijn enig algemeen belang te dienen en dat met het totaal van die werkzaamheden het algemeen belang minstens in gelijke mate als een particulier belang wordt gediend, en de instelling zou moeten worden aangemerkt als een ANBI. Het hof stelt daarbij vast dat de prijzen van de door SKA aangeboden auditing en trainingen van commerciële aard zijn. Verder overweegt het hof nog dat er geen sprake is van donaties, omdat tegenover de verplichte bijdragen een directe tegenprestatie in de vorm van de leergang auditing en training staat. Ook is er volgens het hof geen sprake van donaties omdat van de essentialia van de begrippen donatie of gift niets is gebleken en evenmin van bijdragen naar draagkracht. De inspecteur heeft SKA terecht niet als ANBI aangemerkt.
Advocaat-generaal IJzerman concludeert dat SKA niet als ANBI kan worden aangemerkt. Volgens de A-G heeft het hof terecht vastgesteld dat SKA commerciële prijzen heeft gehanteerd voor de door haar aangeboden auditing en trainingen. Volgens de A-G heeft het hof dan ook terecht aangenomen dat niet kan worden aangenomen dat het algemeen belang met de auditing en training activiteiten van SKA ten minste in gelijke mate wordt gediend als het particuliere belang. De A-G wijst er daarbij op dat auditing en trainingen tezamen meer dan 50% uitmaken van de activiteiten van SKA, zodat haar feitelijke werkzaamheden in overheersende mate van commerciële aard zijn. De A-G adviseert de Hoge Raad om het cassatieberoep ongegrond te verklaren.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 6.33
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Inkomstenbelasting
Instantie: Hoge Raad (Advocaat-Generaal)
Editie: 15 augustus