Rechtbank Noord- Nederland vernietigt de aan X opgelegde navorderingsaanslagen. Er is geen sprake van een nieuw feit in de zin van nieuwe feitelijke informatie. Een verandering van inzicht bij de inspecteur is geen grond voor navordering.
X is volgens opgave bij de KvK eigenaar een eenmanszaak in biotechnologische producten. Voor de inspecteur is niet duidelijk voor wiens rekening en risico de onderneming wordt gedreven, door X of door Y, haar inmiddels ex-partner. De inspecteur legt daarom aan beiden aanslagen IB/PVV op voor de volledige winst uit de onderneming. Na een hoorgesprek met de advocaat van X en Y concludeert de inspecteur dat Y de ondernemer is en vermindert de aanslagen van X. Hij handhaaft de aanslagen op naam van Y. Als Y tegen deze beslissing in beroep gaat legt de inspecteur navorderingsaanslagen IB/PVV op aan X voor dezelfde inkomsten als de oorspronkelijke aanslagen. In geschil is of de inspecteur bevoegd is tot het opleggen van die navorderingsaanslagen.
Rechtbank Noord- Nederland oordeelt dat de bevoegdheid tot navordering ontbreekt. Bij de eerder opgelegde aanslagen is niet te weinig belasting geheven en er is geen sprake van een nieuw feit in de zin van nieuwe feitelijke informatie. De rechtbank geeft aan dat navordering niet bedoeld is om een verandering van inzicht bij de inspecteur in hetzij het recht hetzij de feiten te accommoderen. De rechtbank vernietigt de navorderingsaanslagen.
Lees ook het thema Navordering.
Wetsartikelen:
Algemene wet inzake rijksbelastingen 16
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht
Instantie: Rechtbank Noord-Nederland
Editie: 12 april