Belanghebbende, X, is een stichting die zich bezighoudt met de verhuur van 24 hofjeswoningen. Zij is belastingplichtig voor de verhuurderheffing. X stelt dat zij gedwongen is haar doelstelling, te weten het verlenen van huisvestiging aan behoeftigen, te verlaten om de verhuurderheffing te kunnen opbrengen. De heffing leidt bij X naar eigen zeggen tot een individuele en buitensporige last.
Rechtbank Gelderland oordeelt dat de verhuurderheffing bij de verhuurder van hofjeswoningen leidt tot een individuele en buitensporige last. De rechtbank volgt het standpunt van X dat verhuurders van hofjeswoningen een bijzondere positie innemen. Sloop of uitponding van de woningen is niet goed mogelijk en in het geval van X is de financiële speelruimte beperkt. Voor de vraag of sprake is van een individuele en buitensporige last dient echter de gehele exploitatie (inclusief de 10 van verhuurderheffing vrijgestelde woningen) in de beoordeling te worden betrokken. De rechtbank komt tot de conclusie dat de last van X hoger is dan het landelijke gemiddelde, ondanks de vrijstelling voor tien woningen. Zonder maatregelen zal sprake zijn van een structurele verliessituatie. Vermindering van uitgaven aan onderhoud of verlaging van de afschrijving acht de rechtbank in de gegeven omstandigheden niet mogelijk. Dan resteert slechts de optie van huurverhoging, maar dat gaat ten koste van de handhaving van de doelstellingen van X. Dan resteert nog slechts verkoop. Dit acht de rechtbank een te vergaande inbreuk op het eigendomsrecht van X. Bij de beoordeling van de individuele en buitensporige last betrekt de rechtbank uitdrukkelijk (nog) niet de aankondiging van de minister dat hij de vrijstelling wil verhogen naar 25 woningen.
Wetsartikelen:
Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten 26
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Verhuurderheffing
Instantie: Rechtbank Gelderland
Editie: 3 oktober