Rechtbank Gelderland oordeelt dat de Belastingdienst terecht een boete aan X heeft opgelegd voor het feitelijk leidinggeven aan het opzettelijk niet betalen van omzetbelasting door de BV.

X is het niet eens met een vergrijpboete van € 15.000 voor het feitelijk leidinggeven aan het opzettelijk niet betalen van omzetbelasting door een BV. X stelt dat hij dubbel wordt geraakt omdat eerst aan de BV ook al een vergrijpboete is opgelegd. X heeft de BV nadien overgenomen en heeft de BV geld geleend om een deel van de omzetbelasting, rente en boetes te betalen.

Rechtbank Gelderland oordeelt dat de Belastingdienst terecht een boete aan X heeft opgelegd voor het feitelijk leidinggeven aan het opzettelijk niet betalen van omzetbelasting door de BV. X heeft de aandelen in de BV (uiteindelijk) overgenomen voor € 1 en zich verplicht een lening aan de BV te verstrekken om een deel van de verschuldigde omzetbelasting, rente en boetes te betalen. X heeft aangevoerd dat hij tweemaal wordt geraakt in zijn vermogen doordat ook aan hem een vergrijpboete is opgelegd. De rechtbank oordeelt dat de inspecteur al voldoende rekening heeft gehouden met de mogelijke dubbele raking door de boete te matigen van € 55.935 tot € 15.000. X heeft niet aannemelijk gemaakt dat de BV het door X geleende bedrag niet kan terugbetalen. Bovendien is de koopprijs van de aandelen in de BV sterk verlaagd. Het beroep van X is ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet inzake rijksbelastingen 67f

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht

Instantie: Rechtbank Gelderland

Editie: 7 april

50

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen