Rechtbank Oost-Brabant oordeelt dat de rechter in een procedure over aanslagen waterschapsbelastingen over het jaar 2020 niet bevoegd is te oordelen over aanslagen van voorgaande jaren. Ook de vraag of X in aanmerking komt voor kwijtschelding kan de rechtbank niet beantwoorden.

X komt in bezwaar en beroep tegen een aanslagbiljet van Waterschap De Dommel met daarop aanslagen zuiveringsheffing en watersysteemheffing over het jaar 2020.

Rechtbank Oost-Brabant oordeelt dat de rechter in een procedure over aanslagen waterschapsbelastingen over het jaar 2020 niet bevoegd is te oordelen over aanslagen van voorgaande jaren. De rechtbank verwijst naar hetgeen Hof ’s-Hertogenbosch hierover heeft geoordeeld in een procedure over de aanslag waterschapsbelastingen 2019, waarin X ook voorgaande jaren ter discussie heeft gesteld. De rechtbank kan zich evenmin uitspreken over de vraag of X voor de aanslagen 2020 recht heeft op kwijtschelding. Hiervoor dient X eerst een gemotiveerd verzoek in te dienen bij de invorderingsambtenaar. X beroept zich tenslotte tevergeefs op het gelijkheidsbeginsel en het vertrouwensbeginsel.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet inzake rijksbelastingen 65

Algemene wet inzake rijksbelastingen 26

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Belastingen van lagere overheden, Fiscaal bestuurs(proces)recht

Instantie: Rechtbank Oost-Brabant

Editie: 4 augustus

3

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen