Hof ‘s-Hertogenbosch oordeelt dat X geen recht heeft op de IACK omdat hij niet aan de Schumacker-doctrine voldoet. Zou hij wel voldoen aan de doctrine, dan zou hij ook geen recht hebben op de IACK omdat hij niet voldoet aan het inschrijvingsvereiste.
X heeft een partner en twee kinderen jonger dan 12 jaar. In 2014 wonen de partner en kinderen in België en staan op hun woonadres in België ingeschreven. X is ingeschreven in de basisregistratie personen op een Nederlands woonadres en verblijft van maandag tot en met donderdag in Nederland. De overige dagen en vakanties verblijft hij bij zijn gezin in België. In de aanslag IB/PVV 2014 houdt de inspecteur geen rekening met de inkomensafhankelijke combinatiekorting (IACK).
Hof ‘s-Hertogenbosch oordeelt dat de door X aangehaalde Schumacker-doctrine niet van toepassing is aangezien X in Nederland woont. Indien X wel aan de Schumacker-doctrine zou voldoen, zou hij ook geen recht hebben op de IACK. X voldoet namelijk niet aan het inschrijvingsvereiste. Ook maakt X niet aannemelijk dat hij zich niet kon inschrijven in België bij zijn gezin, terwijl hij daar wel woont. Het hoger beroep van X is ongegrond.
Wetsartikelen:
Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie 21
Wet inkomstenbelasting 2001 8.14a
Instantie: Hof 's-Hertogenbosch
Rubriek: Inkomstenbelasting, Fiscaal bestuurs(proces)recht
Editie: 25 maart
Informatiesoort: VN Vandaag