Hof 's-Hertogenbosch volgt het oordeel van de rechtbank dat de heffingsambtenaar het verzoek van X om een telefonische hoorzitting ten onrechte heeft geweigerd.

Belanghebbende, X, is het niet eens met de WOZ-waarde van zijn woning. Naast de WOZ-waarde is ook in geschil of de heffingsambtenaar de hoorplicht heeft geschonden. Rechtbank Oost-Brabant oordeelt dat de heffingsambtenaar het verzoek van de gemachtigde van X om telefonisch te worden gehoord ten onrechte heeft afgewezen.

Hof 's-Hertogenbosch volgt het oordeel van de rechtbank dat de heffingsambtenaar het verzoek van X om een telefonische hoorzitting ten onrechte heeft geweigerd. Een bestuursorgaan dient gehoor te geven aan de wens van de belanghebbende om hem telefonisch te horen, tenzij zwaarder wegende belangen aan de zijde van het bestuursorgaan zich hiertegen zouden verzetten. De door de heffingsambtenaar aangedragen argumenten om in dit geval niet telefonisch te horen, overtuigen het hof niet, terwijl het hof het argument van gemachtigde dat hij zodoende in staat is om (evenals de heffingsambtenaar) zijn eigen systemen te raadplegen waardoor hij de belangen van de X beter kan behartigen en wordt gekomen tot een doelmatige hoorzitting, een valide reden acht. Het verlaagt verder de WOZ-waarde van € 479.000 naar € 468.000.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet waardering onroerende zaken 17

Algemene wet bestuursrecht 7:2

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting, Waardering onroerende zaken

Instantie: Hof 's-Hertogenbosch

Editie: 23 november

4

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen