Door een APV gehouden aanmerkelijkbelangaandelen kunnen worden betrokken in een gefaciliteerde aandelenfusie, zonder dat deze aandelen eerst moeten worden geleverd aan de inbrengers. Dit staat in een kennisgroepstandpunt van Kennisgroep inkomstenbelasting niet-winst en Kennisgroep aanmerkelijk belang.

Twee natuurlijke personen, X en Y, hebben ieder een Curaçaose Stichting Particulier Fonds (SPF) opgericht. De SPF’s kwalificeren als afgezonderde particuliere vermogens (APV’s). De bezittingen en schulden en ook de opbrengsten en kosten van de APV’s worden dan ook toegerekend aan de inbrengers X en Y. De APV’s houden ieder 50% van de aandelen in een in Nederland gevestigde Werk bv, aan zowel X als Y wordt derhalve 50% van de aandelen in Werk bv toegerekend. De SPF’s willen gezamenlijk een in Nederland gevestigde Holding bv oprichten die alle aandelen in Werk bv verwerft tegen uitreiking van eigen aandelen. X en Y kunnen met betrekking tot de aan hen toegerekende 50%-aandelenpakketten in Werk bv gebruikmaken van de doorschuiffaciliteit van art. 4.41 Wet IB 2001, mits aan de wettelijke eisen wordt voldaan.

Wetsartikelen:

Wet inkomstenbelasting 2001 3.55

Wet inkomstenbelasting 2001 4.41

Wet inkomstenbelasting 2001 2.14a

[Nieuwsbron]

Rubriek: Inkomstenbelasting

Regelgevende instantie: Belastingdienst

Editie: 18 december

Informatiesoort: VN Vandaag

219

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen