X is eigenaar van verschillende onroerende zaken, die deel uitmaken van een Natuurschoonwetlandgoed, waaronder een Rijksmonumentale boerderij. De heffingsambtenaar stelt de WOZ-waarde vast en verklaart het bezwaar ongegrond. Rechtbank Den Haag verklaart het beroep deels gegrond. X komt in hoger beroep. Hof Den Haag oordeelt dat de heffingsambtenaar de waarde niet aannemelijk maakt. De KOUDVL-factoren mogen alleen worden gebruikt als de toegekende factoren en het toegekende gewicht worden onderbouwd met marktgegevens of andere relevante, toetsbare gegevens. Zonder een dergelijke onderbouwing zijn de factoren hooguit verkennend en daarmee ongeschikt om aannemelijk te maken dat met de tussen de vergeleken objecten bestaande verschillen in voldoende mate rekening is gehouden. Taxatiewijzers zijn hulpmiddelen om te bereiken dat het wettelijke waardebegrip wordt gehanteerd. De toetssteen blijft het wettelijke waardebegrip. Het hof heeft slechts kennis kunnen nemen van de publieksversie van de Taxatiewijzer Nsw. Daarin staan niet de op of rond waardepeildatum gerealiseerde marktgegevens waarop de stellingnames in de Taxatiewijzer Nsw over de waardebepaling berusten. De heffingsambtenaar heeft de KOUDVL-factoren niet onderbouwd met marktgegevens. De bewijslast voor de “correctie” in de zin van de bestemmingswaarde, ligt bij X. X maakt de door hem voorgestane waarde ook niet aannemelijk. Het hof stelt de waarde in goede justitie vast.
Wetsartikelen:
Wet waardering onroerende zaken 17
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Waardering onroerende zaken
Instantie: Hof Den Haag
Editie: 29 oktober