De Staatssecretaris van Financiën heeft nieuw beleid vastgesteld over de teruggaafregeling en de vrijstelling bij herstel. Het nieuwe besluit vervangt per 19 oktober 2019 het besluit van 30 augustus 2012 (V-N 2012/50.21).

Op verzoek wordt teruggaaf van betaalde overdrachtsbelasting verleend als de toestand van vóór de verkrijging zowel feitelijk als rechtens wordt hersteld. Het moet gaan om de vervulling van een ontbindende voorwaarde, nietigheid of vernietiging of ontbinding wegens niet nakoming van een verbintenis. Voor de verkrijging krachtens herstel kan een beroep worden gedaan op de betreffende vrijstelling.

In het onderdeel over restitutie koopsom zijn de voorwaarden aangepast. Niet meer is opgenomen dat het te verrekenen bedrag moet zien op de waardeverandering die het gevolg is van een vestiging van een beperkt recht of huurrecht. Verduidelijkt is dat het te verrekenen bedrag maximaal gelijk mag zijn aan de waardeverandering. Verder is de voorwaarde onder sub c aangepast. De verplichting tot vergoeding van schade kan ook voortvloeien uit andere oorzaak dan ongerechtvaardigde verrijking.

Aan het onderdeel over gedeeltelijk herstel is toegevoegd dat er in de omschreven situatie ook gebruik kan worden gemaakt van de vrijstelling over herstel.

Onderdeel 3 bevat een toelichting op het begrip ‘voorwaarde’. Het onderdeel over koopoptie bij ‘sale and leaseback’ uit het oude besluit (V-N 2012/50.21) is niet meer opgenomen. Het vraagstuk rond de toepassing van de teruggaafregeling bij een overeenkomst van ‘sale and leaseback’ heeft zich inmiddels in de jurisprudentie ontwikkeld.

[Nieuwsbron]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Belastingen van rechtsverkeer

Regelgevende instantie: Ministerie van Financiën

Editie: 21 oktober

10

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen