Hof Amsterdam oordeelt dat de gemeente aan X terecht een naheffingsaanslag parkeerbelasting heeft opgelegd. Aangezien in het uitvoeringsbesluit bij de verordening parkeerbelasting is bepaald dat in andere tariefgebieden gekochte parkeerkaarten niet geldig zijn in een 10-cent tariefgebied, is de conclusie dat X bij de aanvang van het parkeren niet de door hem verschuldigde belasting heeft voldaan.

Belanghebbende, X, parkeert op 9 juni 2011 zijn auto in de gemeente Amsterdam. Om 15.14 uur legt een parkeercontroleur hem een naheffingsaanslag parkeerbelasting op. De controleur treft wel een parkeerkaartje aan in de auto van X, maar dit kaartje had een geldigheidsduur tot 14.44 uur en was dus al verlopen. X stelt in hoger beroep dat hij in een ander tariefgebied een parkeerkaartje had gekocht dat geldig was tot 15.19 uur. Dit kaartje is op de grond gevallen in de auto, aldus X, en was daardoor niet zichtbaar voor de controleur.

Hof Amsterdam oordeelt dat de gemeente X terecht een naheffingsaanslag parkeerbelasting heeft opgelegd. Aangezien in het uitvoeringsbesluit bij de verordening parkeerbelasting is bepaald dat in andere tariefgebieden gekochte parkeerkaarten niet geldig zijn in een 10-cent tariefgebied, dient de conclusie te luiden dat X, ook indien wordt uitgegaan van de door hem gestelde gang van zaken, bij de aanvang van het parkeren waarvoor de naheffingsaanslag is opgelegd niet de door hem verschuldigde belasting heeft voldaan.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Gemeentewet 225

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Belastingen van lagere overheden

Instantie: Hof Amsterdam

Editie: 13 september

2

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen