Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat een schadevergoeding wegens overschrijding van de redelijke termijn ook betrekking kan hebben op alleen de bezwaarfase.
X maakt met succes bezwaar tegen diverse navorderingsaanslagen. In beroep bestaat over de aanslagen geen geschil meer. X claimt een ISV wegens overschrijding van de redelijke termijn in de bezwaarfase.
Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat een schadevergoeding wegens overschrijding van de redelijke termijn ook betrekking kan hebben op alleen de bezwaarfase. De omstandigheid dat de hoofdzaak al in bezwaar ten einde is gekomen en daarover geen behandeling bij de rechter plaatsvindt, staat niet aan het toekennen van vergoeding van immateriële schadevergoeding in de weg. Gelet op de jurisprudentie van de Hoge Raad acht de rechtbank zich ook bevoegd om met overeenkomstige toepassing van art. 8:73 Awb kennis te nemen van de verzoeken van X om ISV. Het zou onwenselijk zijn dat zij wel een verzoek om ISV kan beoordelen als een belanghebbende een (mogelijk vergezocht) geschil over de hoofdzaak of een nevenvordering aanhangig maakt, maar een belanghebbende die tevreden is met de beëindiging van de hoofdzaak niet. De rechtbank kent voor de navorderingsaanslagen over het jaar 2006 een vergoeding toe van € 1.000 waarvan € 500 voor de onderhavige zaak. In die zaak heeft de bezwaarfase meer dan twee jaar geduurd.
Wetsartikelen:
Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden 6
Algemene wet bestuursrecht 8:73
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht
Instantie: Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Editie: 17 januari