De Hoge Raad oordeelt dat geen reden bestaat voor een bezwaarkostenvergoeding bij toekenning van een ISV wegens overschrijding van de redelijke termijn als de uitspraak op bezwaar volledig in stand blijft (HR 20 maart 2015, 14/01332, V-N 2015/16.8).
X procedeert zonder succes tegen een WOZ-beschikking en OZB-aanslag van de gemeente Bodegraven-Reeuwijk. Hof Den Haag kent hem wel een immateriële schadevergoeding toe wegens overschrijding van de redelijke termijn. Als gevolg van die schadevergoeding besluit het hof de heffingsambtenaar te veroordelen in de (proces)kosten in bezwaar, beroep en hoger beroep. Het dagelijks bestuur van de Belastingsamenwerking Gouwe-Rijnland is het niet eens met de kostenvergoeding voor de bezwaarfase.
De Hoge Raad oordeelt dat geen reden bestaat voor een bezwaarkostenvergoeding bij toekenning van een ISV wegens overschrijding van de redelijke termijn als de uitspraak op bezwaar volledig in stand blijft (HR 20 maart 2015, 14/01332, V-N 2015/16.8). Vergoeding van de in bezwaar gemaakte kosten is alleen aan de orde voor zover het bestreden besluit wordt herroepen wegens een aan het bestuursorgaan te wijten onrechtmatigheid. In deze procedure is niet aan deze voorwaarde voldaan. De Hoge Raad doet de zaak zelf af en stelt de proceskostenvergoeding voor de fase van beroep en hoger beroep vast op basis van de actuele waarde per punt.
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 8:75
Algemene wet bestuursrecht 7:15
Instantie: Hoge Raad
Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht
Editie: 4 december
Informatiesoort: VN Vandaag