Hof ’s-Hertogenbosch oordeelt onder meer dat de gemeente haar kosten/batenraming van de rioolheffing correct vaststelt over een periode van 4 jaar. Daarnaast voert de gemeente geen begunstigend beleid door garageboxen niet in de heffing te betrekken.

X krijgt over 2013 en 2014 aanslagen rioolheffing opgelegd. X vindt dat deze aanslagen ten onrechte aan hem zijn opgelegd en voert diverse (formele) punten aan. Zo stelt hij dat het samenwerkingsverband BsGW namens de gemeente geen aanslagen mocht opleggen en zijn bezwaarschrift niet mocht afhandelen. Daarnaast is de opbrengstlimiet overschreden en voert de gemeente een begunstigend beleid door onder meer garageboxen buiten de heffing te laten.

Hof ’s-Hertogenbosch oordeelt dat BsGW de aanslagen 2013 en 2014 mocht opleggen en het bezwaarschrift mocht afhandelen. In 2015 heeft het college van B&W namelijk een herstelbesluit genomen waarin de BsGW alsnog wordt aangewezen als heffingsambtenaar. De gemeente maakt op juiste wijze een kosten/batenraming door te kijken naar een periode van 4 jaren. Weliswaar vormt de dotatie aan de post voorzieningen een sluitpost. Dit maakt echter niet dat deze dotatie uit de ramingen moet worden gehaald. In het kader van doelmatigheid mag de gemeente garageboxen en trafo’s buiten de heffing laten. Het hoger beroep is ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Gemeentewet 229b

Gemeentewet 228a

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Belastingen van lagere overheden

Instantie: Hof 's-Hertogenbosch

Editie: 11 oktober

2

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen