Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat X de waardevermindering van de auto wegens het schadeverleden niet aannemelijk maakt. Ten aanzien van de herstelde schade is namelijk onvoldoende informatie verstrekt.

X koopt in Polen een gebruikte Land Rover voor € 58.000. In het kader van de BPM-aangifte wordt de auto getaxeerd. Volgens het rapport is de handelsinkoopwaarde in onbeschadigde staat € 51.616 en is de schade € 6699, waarvan € 4823 (72%) wordt afgetrokken. Vanwege het schadeverleden trekt de taxateur ook nog 15% van de nieuwwaarde af. Resultaat is een handelsinkoopwaarde in beschadigde staat van € 27.091 met € 4855 als verschuldigde BPM. In geschil is de BPM-naheffing van € 3563. Rechtbank Zeeland-West-Brabant stelt de inspecteur in het gelijk. X gaat in hoger beroep.

Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat X de waardevermindering wegens het schadeverleden niet aannemelijk maakt. Ten aanzien van de herstelde schade is namelijk onvoldoende informatie verstrekt. De TMV-richtlijn waar X de waardevermindering op baseert, is voorts te algemeen. De door X betaalde aankoopprijs wijst er ook niet op dat het schadeverleden tot een blijvende waardevermindering heeft geleid. Het beroep van X is ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet op de belasting van personenauto's en motorrijwielen 1992 10

Instantie: Hof 's-Hertogenbosch

Rubriek: Belastingheffing van motorrijtuigen

Editie: 18 maart

Informatiesoort: VN Vandaag

69

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen