X is eigenaar van een woning in de gemeente Molenwaard die is gelegen op een dijk. In geschil is de WOZ-waarde 2015. Rechtbank Rotterdam verlaagt de waarde van € 288.000 naar € 268.000. De rechtbank verklaart de waarderingsuitzondering voor waterverdedigingswerken van toepassing op een oppervlakte van 2.639 m², zijnde de grond gelegen op de kernzone en de beschermingszone van de dijk. Hof Den Haag volgt de stelling van de heffingsambtenaar dat de rechtbank de waarderingsuitzondering voor waterverdedigingswerken ten onrechte heeft toegepast op de grond gelegen in de binnenbeschermingszone van de dijk. De waarderingsuitzondering is van toepassing op een oppervlakte van 762 m² grond zoals ook bij de beschikte waarde is gebeurd.
De Hoge Raad volgt het oordeel van Hof Den Haag dat de waarderingsuitzondering voor waterverdedigingswerken beperkt is tot het waterverdedigingswerk zelf. Alleen het dijklichaam zelf is volgens de Hoge Raad een waterverdedigingswerk als bedoeld in art. 2 lid 1 aanhef en letter f van de Uitvoeringsregeling uitgezonderde objecten Wet WOZ. Beschermingszones rond deze waterverdedigingswerken behoren niet tot het uit te zonderen gedeelten. De Hoge Raad verklaart het cassatieberoep van X ongegrond.
Wetsartikelen:
Uitvoeringsregeling uitgezonderde objecten Wet waardering onroerende zaken 2
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Waardering onroerende zaken
Instantie: Hoge Raad
Editie: 13 november