Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat er voldoende rechtvaardiging bestaat voor het verschil in tarief reclamebelasting tussen aankondigingen op industrie- of bedrijventerreinen en aankondigingen die elders zijn gelegen. 

Belanghebbende, X, exploiteert een drukwerk- en kopieerbedrijf. X is het niet eens met de hoogte van de aanslag reclamebelasting die hij van de gemeente heeft ontvangen. De gemeente hanteert voor aankondigingen van bedrijven gelegen op een industrieterrein een lager tarief dan voor elders gelegen aankondigingen. In de verordening worden de terreinen omschreven waarvoor het lage tarief geldt. Het bedrijf van X is gelegen in een straat met woningen waar het lage tarief niet van toepassing is. X is het niet eens met het door de gemeente gehanteerde onderscheid.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat er voldoende rechtvaardiging bestaat voor het verschil in tarief reclamebelasting tussen aankondigingen op industrie- of bedrijventerreinen en aankondigingen die elders zijn gelegen. De rechtbank stemt in met de stelling van de gemeente dat een openbare aankondiging van bedrijven op een industrieterrein in het algemeen minder aandachttrekkend en minder storend voor de omgeving is dan openbare aankondigingen van bedrijven die net als X zijn gevestigd in een gebied waarin ook woningen zijn gelegen. De afbakening van de industrie- of bedrijventerreinen acht de rechtbank niet willekeurig of onredelijk. Het beroep van X is ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Gemeentewet 227

Gemeentewet 219

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Belastingen van lagere overheden

Instantie: Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Editie: 14 juni

5

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen