Rechtbank Noord-Nederland oordeelt dat de heffingsambtenaar van Midden Groningen de WOZ-waarde van een gaswinnings- en gasbehandelingsstation te hoog heeft vastgesteld.

X is eigenaar en gebruiker van een gaswinnings- en gasbehandelingslocatie in Midden Groningen. De heffingsambtenaar stelt de WOZ-waarde naar waardepeildatum 1 januari 2015 vast op € 21.245.000. X komt in beroep en stelt de werktuigenvrijstelling en een aantal onderdelen van de correcties voor technische en functionele veroudering ter discussie.

Rechtbank Noord-Nederland volgt X in het percentage werktuigenvrijstelling, dat volgens X 20% moet zijn. De rechtbank verwerpt het standpunt van de heffingsambtenaar dat X eerder in bezwaar 15% verdedigde en dat hij daarvan uit mocht gaan. De rechtbank volgt voor de correctie voor technische veroudering (technische afschrijving) de gelijkluidende berekeningen van partijen voor de putten, de berekeningen van de heffingsambtenaar voor de utilities en de berekeningen van X voor de infrastructuur/gebouwen. Voor de correctie voor functionele veroudering gaat de rechtbank uit van een factor wegens economische veroudering van 38% over de gehele onroerende zaak, een factor wegens abandonneringskosten van 10% over de gehele onroerende zaak en een factor wegens excessieve gebruikskosten voor de utilities van 25%. De rechtbank vermindert de waarde tot een bedrag van € 9.849.000.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet waardering onroerende zaken 17

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Waardering onroerende zaken

Instantie: Rechtbank Noord-Nederland

Editie: 1 september

5

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen